Nooit eerder was de pc wereldwijd zo populair. Iedereen wil toegang tot
internet en heeft dus een computer nodig. In bepaalde huishoudens heeft
iedere bewoner een eigen computer. Zakenmensen hebben er vaak meerdere: één
voor op kantoor en één voor onderweg. En dan bestaat er nog een grote vraag
vanuit de opkomende markten zoals China, India of Afrika. Computers zijn
niet aan te slepen.

De afzet is niet het probleem. Wat dan wel? De pc is al een tijdje geen
luxeproduct meer, maar een gebruiksvoorwerp. Een betrekkelijk prijzig
gebruiksvoorwerp bovendien, die ook nog eens om de drie jaar moet worden
vervangen. Het gevolg: de consument let op de prijs. Of de computer van
Acer, HP, Dell, Asus, Toshiba of Lenovo is. Het zal hem worst wezen.

De computerbranche kan alleen de klant lokken door een zo laag mogelijke prijs
te vragen. In eerste instantie gold dit voor desktops, de computerkasten.
Maar nu wordt ook de laptopmarkt geraakt. De notebook wordt steeds meer de
primaire computer in huis, en steeds minder een luxe-keuze. Voor de
aantallen is dat goed nieuws, voor de prijs niet.

De opkomst van het netbook, de spotgoedkope, kleine laptopjes, helpt de
industrie ook niet. De prijzen en marges van de nieuwste trend in de
pc-wereld waren bij de introductie al laag. Geen goed nieuws voor de sector.
Want klanten raken eraan gewend dat voor een computer minder dan 500 euro
hoeft te worden betaald.

Enige uitzondering is Apple. Tegen de trend in wist het bedrijf niet
alleen het marktaandeel flink te laten groeien, maar ook zijn hoge
prijsniveau te handhaven. Het bedrijf weet zich gesteund door een zorgvuldig
opgebouwd imago en de moeilijke introductie van Windows Vista.

Daar tegenover staat het dreigende faillissement van de Duitse pc-bouwer
Maxdata, de onzekere toekomst van Fujitsu-Siemens (Siemens schijnt eruit te
willen stappen) en recentelijk winst- en omzetwaarschuwingen van Dell.

Om marges op peil te houden snijden de computermerken wanhopig in de
kosten. Dell wil zijn fabrieken verkopen en gaat zijn productie voortaan
vrijwel geheel in Azië uitbesteden. HP, Acer en Lenovo doen dat al. HP en
Dell saneren dit jaar tienduizenden werknemers tegelijk uit hun
organisaties. Alles om toch nog een paar procenten marge te behouden.

De Aziatische OEM's, bedrijven die de pc's bouwen voor grote merken, hebben
het ook buitengewoon moeilijk. Hier speelt merk helemaal geen rol meer, de
opdrachtgevers kijken enkel naar prijs. De bikkelharde concurrentie zorgt nu
voor zulke enorme prijsdalingen dat analist Mika Kitagawa van Gartner denkt
dat ze zichzelf aan het vermoorden zijn.

Hoewel de pc-markt nu nog hard groeit, is het maar de vraag of dat zo blijft.
Een inzakkende economie in de VS en Europa heeft meestal geen positief
gevolg voor IT-bestedingen en dus ook voor de pc-industrie. Dell waarschuwde
hier dinsdag al voor.

Schaalvergroting door overnames is in zo'n markt meestal een oplossing.
Door meer pc's te verkopen hoeft een margedaling niet onmiddellijk een
winstdaling te betekenen. Bovendien kunnen de kosten per product worden
teruggebracht.

Vorig jaar waren er nog enkele grote overnames. Zo nam Acer de Amerikaanse
fabrikanten Gateway en Packard Bell over en werd daardoor de derde
pc-fabrikant ter wereld. Achter Dell en HP.

Maar 2008 lijkt niet echt een topjaar voor mega-overnames in de
tech-sector. HP wist nog wel voor bijna 14 miljard dollar IT-dienstverlener
EDS in te lijven. Maar Microsoft kon Yahoo uiteindelijk niet kopen voor 44
miljard dollar. Game-ontwikkelaar EA kreeg het niet voor elkaar om
concurrent Take-Two voor bijna 2 miljard dollar te acquieren. En Samsungs
bod op Sandisk werd door de laatste van de hand gewezen.

De doorzeurende kredietcrisis doet de rest. Geld lenen voor het overnemen van
een noodlijdende pc-bouwer wordt moeilijker. Deze zijn door de bank genomen
prijzig - Fujitsu-Siemens wordt geschat op een kleine 5 miljard dollar -
voor bedrijven met krimpende winstmarges.

Vluchten kan niet. Alle grote fabrikanten moeten blijven meegaan in de
mallemolen. Wie zijn prijzen niet verlaagt, wordt onmiddellijk door de
consument afgestraft. Dat ondervond Toshiba twee jaar geleden met zijn
notebooks.

HP doet wel een dappere poging. Ze leggen zich meer en meer toe op de
IT-dienstverlening. Zo kocht het grootste pc-merk ter wereld dit jaar EDS
waarmee het in een klap de op een na grootste IT-dienstverlener werd. De
opgetelde omzet van EDS en HP op het gebied van IT-dienstverlening
overstijgt die van de computers.

HP lijkt de kant van IBM op te willen. Big Blue verkocht na een moeizaam en
langdurig veranderingsproces in 2003 zijn pc-divisie aan het Chinese Lenovo
en legde zich toe op dienstverlening. Probleem voor HP is een geschikte
koper vinden. Wie kan en wie wil er betalen voor deze enorme pc-divisie?

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl